Renault geeft Scénic met frisse vormgeving een vierde leven

Buigen of barsten. Die keus stond Renault voor bij de beslissing of er een vervolg zou worden gegeven aan de succesvolle Scénic-reeks. Steeds meer merken trekken zich uit het ruimtelijke segment terug, maar Renault verstevigt juist zijn positie.

Design
Renault heeft ervoor gekozen om het fenomeen ruimtewagen een nieuwe invulling te geven. Het resultaat: de Scénic en Grand Scénic beleven een tweede jeugd. Oude principes gaan over boord, nieuwe elementen worden toegevoegd. Waar de eerste Scénic regelrecht vernieuwend was, de tweede generatie stukken serieuzer overkwam en het vorige model daar alleen maar op voortborduurde, zet Renault de Scénic nu weer helemaal fris op de kaart. De auto deelt het onderstel zoals vertrouwd met de Mégane. Er zijn qua afmetingen twee varianten. De (korte) Scénic beschikt over een wielbasis van 2,734 meter, terwijl de Grand Scénic doorgroeit naar 2,804 meter. Daarmee overtreffen ze alle voorgaande generaties. Dat belooft al meteen goed nieuws voor een ruimtewagen.

Qua indeling van de achterkant wijken de nieuwe Scénic en Grand Scénic sterk van elkaar af. Zo beschikt de korte versie over horizontaal geplaatste verlichtingsunits, deels op de achterklep, waardoor de auto in uitstraling aansluit bij de Clio en Captur. De Grand Scénic draagt de hoger geplaatste verlichtingsunits naast de achterruit. Deze leggen een link naar de Espace.

De Grand Scénic heeft een streepje voor als het om de toegankelijkheid van het interieur gaat. Door de langere wielbasis passen er simpelweg langere achterdeuren in. Dat is ook wel erg handig bij de optioneel verkrijgbare extra stoelen op de derde zitrij. Passagiers die hier willen zitten moeten via de achterdeuren naar binnen en dan komt wat extra ruimte goed van pas.

Opvallend
De designafdeling onder leiding van Nederlander Laurens van den Acker stond erop dat de nieuwe Scénic op 20 inch zou gaan rollen. Daar zitten diverse consequenties aan. Grote wielen worden vaak voorzien van erg lage banden, maar dat is bij de Scénic gelukkig niet het geval. Gelukkig maar voor het comfort. Bovendien zijn banden op grote wielen doorgaans erg breed en dat is duur als ze vervangen moeten worden. Renault nam in de ontwikkelingsfase al contact op met bandenfabrikanten Michelin, Goodyear en Continental. Zij leveren één standaard maat: 195/55 R 20 die vergelijkbaar geprijsd is met banden die op 17 inch wielen worden geleverd. Ook winterbanden van het drietal zijn al beschikbaar. De 20 inch wielen bestaan er in staal met keurige wieldoppen en in meerdere lichtmetalen versies. Zo is er een type bij met kunststof inleg die naar wens kan worden gewisseld door andere kleuren of een ander ontwerp. Leuk om af en toe een andere uitstraling te geven, maar ook ideaal bij kleine beschadigingen.

Net zoals bij de Captur en de vernieuwde Clio kan het dak van de Scénic in een contrastkleur worden gespoten. Die mogelijkheid bestaat voor de Scénic en Grand Scénic. Sowieso valt op dat eigenlijk alle lakkleuren de auto’s goed staan.

Wie een Scénic gewend is, vindt het wellicht jammer dat de drie zitplaatsen op de tweede zitrij niet meer volledig verwijderbaar zijn. Renault levert nu een neerklapbare achterbank in twee delen met drie voorgevormde zitplaatsen. Die kan worden verschoven en in delen neergeklapt. Voordeel: er hoeft niet meer met losse stoelen gesleept te worden.

Motoren
Motorisch lopen beide carrosserieversies aardig in de pas met de Mégane, met uitzondering van de 1,6 liter van 205 pk die niet beschikbaar is. Dat betekent dan ook vierwielbesturing niet tot de mogelijkheden behoort. Het benzineaanbod beperkt zich tot de 1,2 liter viercilinder turbo die kan worden gekozen met 115 en 130 pk. Beide versies kennen alleen een zesbak, de levering van een zeventraps EDC laat voorlopig nog op zich wachten. Met 130 pk en zeker een  koppel van 205 Nm bij 2.000 tr/min weet de Scénic TCe 130 prima te presteren. Zo haalt deze versie een topsnelheid van 190 km/u en sprint in 11,4 seconden naar de 100 km/u. De motor blijft onder alle omstandigheden rustig en ook andere van buiten het interieur komende geluiden worden netjes uitgefilterd.

Binnen het programma van de Scénic is er een flinke rol weggelegd voor de diesels. De koper kan kiezen uit 1,5 en 1,6 liter. De meest krachtige met twee turbo’s levert een vermogen van 160 pk en presteert overtuigend (200 km/u topsnelheid, 0-100 in 10,7 seconden). Maar de zeer bekende 1.5 dCi goed voor 110 pk staat ook zijn mannetje. Wie gaat voor de versie met EDC krijgt de normale versie, terwijl de handgeschakelde variant wordt geleverd met Hybrid Assist. Dit staat voor een elektromotor, die bij accelereren de verbrandingsmotor assisteert. De stroom die daarvoor nodig is komt uit een batterij die bij remmen en gas los wordt opgeladen. Zo wordt energie die normaal verloren gaat ingezet om de auto extra kracht te geven en zo het brandstofverbruik terug te dringen. Hybrid Assist zorgt voor een extra verbruiksreductie met 7 tot 8 procent. Tijdens het rijden is van deze toevoeging weinig te merken. De auto accelereert vlot. De elektromotor komt soepel in zonder een schokje te laten voelen. Bij Hybrid Assist is het niet mogelijk om de elektromotor de auto geheel zelfstandig te laten voortbewegen.

Lease-versies
Globaal kan gezegd worden dat op de Nederlandse markt particuliere kopers zullen gaan voor de korte versie en dat zakelijke rijders de Grand Scénic in de armen zullen sluiten. Dieselmotoren zullen, een enkele uitzondering daargelaten, alleen zakelijk worden afgezet. Specifieke leasevarianten heeft Renault niet van de Scénic. Tegelijk wordt de extra uitrusting die de Intens biedt, aangeboden met een voordeel van 500 euro. Die versie wordt gekenmerkt door het Multi-Sense voor persoonlijke instellingen, parkeersensoren, R-Link multimediasysteem, lichtmetalen wielen, in hoogte verstelbare passagiersstoel, verschuifbare middenconsole met middenarmsteun en vliegtuigtafeltjes voor de achterpassagiers. Bekijk en vergelijk alle leasetarieven in onze leasevergelijker.

Prijs/Uitrusting
De Renault Scénic kent vier uitrustingsvarianten, luisterend naar de namen Life, Zen, Intens en Bose. De minst krachtige motor van 115 pk is de enige die als Life wordt geleverd, terwijl de Bose-variant op die krachtbron niet beschikbaar is. De prijslijst start bij 26.360 euro voor de TCe 115 Life. De 130 pk in Zen-uitvoering kost minimaal 28.660 euro. De meest complete is de Bose voor 32.660 euro. Het dieselaanbod begint bij 34.160 euro voor de dCi 110 EDC Zen. De handgeschakelde Hybrid Assist komt wat later. De 1,6 liter dCi 130 start als Intens bij 36.160 euro en de duurste variant is de dCi 160 met EDC uitsluitend als Bose voor 39.860 euro. De meerprijs voor de Grand Scénic komt neer op 1.200 euro. De derde zitrij vergt een extra uitgaven van 800 euro.

Bron: http://autovandaag.nl/autotest/13119/renault-geeft-sc-nic-vierde-leven/

Terug naar overzicht

Wij helpen u graag verder